© Wiener Philharmoniker
Sibelius: 'Finlandia' & Vioolconcert
Bruckner: Symfonie Nr. 6
Leonidas Kavakos (viool)
Riccardo Chailly, Wiener Philharmoniker
Concertgebouw, Amsterdam
De machtige Wiener
Philharmoniker maakt haar starpower volledig
waar, terwijl de virtuoze Leonidas Kavakos imponeert met het Vioolconcert van
Sibelius.
Het kan niet vaak genoeg herhaald worden dat Nederland met
het Koninklijk Concertgebouworkest beschikt over het beste orkest ter wereld.
Maar evenzo goed dient gememoreerd te worden dat de Wiener Philharmoniker en de
Berliner Philharmoniker samen met het
KCO deel uitmaken van een mondiale top drie waar de onderlinge
kwaliteitsverschillen minimaal zijn. En dat dit ook zo is, was maandag te horen
in het optreden van de machtige Wiener Philharmoniker in het Amsterdamse Concertgebouw.
Starpower
De Wiener Philharmoniker
is een bijzonder orkest aangezien het orkest – in tegenstelling tot de
collega’s in Amsterdam en Berlijn – geen vaste chef-dirigent kent. De Weense
musici hechten zeer aan hun traditie van autonomie en nodigen de beste
dirigenten ter wereld uit om de Wiener Philharmoniker te leiden. Een positie die dirigenten dit orkest zonder meer
gunnen, al was het alleen maar om kans te maken om het best bekeken en het
beroemdste concert te mogen dirigeren: het Neujahrskonzert.
Deze elementen hebben de Wiener Philharmoniker een starpower gegeven
die het KCO én de concurrenten uit Berlijn ontberen.
In het kader van een tournee trekt de Wiener Philharmoniker met voormalig KCO-chef-dirigent en
beoogd chef van La Scala Riccardo Chailly door Europa met werken van Sibelius
en Bruckner op de lessenaar. De aftrap was maandag in het Concertgebouw met een
heerlijk spetterend en vol programma: het toondicht Finlandia en het Vioolconcert van Jean Sibelius (1865-1957) en de
Zesde Symfonie van Anton Bruckner (1824-1896).
Nationale trots
Het concert kende een fantastische start met een magistrale
uitvoering van Sibelius’ call to arms aan
het Finse volk tegen de Russische overheersing. De uitvoering van de Wiener
Philharmoniker onder de bezielende en
expressieve leiding van Chailly blonk uit door de volvette en robuuste doch
immer transparante klanken van de Weense musici. Een uitvoering die dermate
opzwepend was dat het Amsterdamse publiek bijkans de Finse nationale trots door
de aderen kon voelen stromen.
Dit prachtige begin vormde slechts de inleiding voor het
onomstreden hoogtepunt van de avond: het Vioolconcert van Sibelius uitgevoerd
door de Griekse violist Leonidas Kavakos (1967). De warmte tussen de sympathieke
en bescheiden Kavakos en de Wiener Philharmoniker én Chailly (met wie hij recent het Vioolconcert van Brahms voor
Decca opnam) was evident. Kavakos én het orkest speelden de sterren van de hemel
in dit voor violisten hondsmoeilijke werk en wist de spanning in het orkest en
bij het publiek continu vast te houden. Het uitgebreide eerste deel was dermate
goed dat het Amsterdamse publiek zich niet kon inhouden en een welgemeende faux pas beging door tussen de delen
door te klappen. Kavakos speelde onverminderd indrukwekkend door en nam zelfs
nog de gelegenheid om waar mogelijk met
de eerste strijkers mee te spelen. Dat en zijn neiging om tijdens het hele
concert immer in contact te blijven met dirigent én orkest verklaren waarom hij
zo hoog wordt geacht door de orkestleden. Bij het wegsterven van de laatste
noot viel hem een verdiend stormachtig applaus van publiek én orkest ten
deel.
Oostenrijkse trots
Na dit hoogtepunt lukte het de Wiener Philharmoniker en Chailly ook nog eens om Bruckner’s
Zesde Symfonie geweldig lyrisch en met respect voor de interne dynamiek van het
stuk te spelen. Want dat onderscheidde maandag orkest en dirigent: naast de magistrale
klanken was de aandacht voor de details van de werken alom aanwezig. Na het
geweld van Finlandia draaiden de
uitermate gedisciplineerde musici hun hand er niet voor om het Vioolconcert –
zoals het hoort – uitermate zacht en subtiel te starten waardoor de eerste
klanken van Kavakos’ viool leken voort te komen uit een nevel van muziek.
Een kwaliteit die in de Zesde Symfonie van Bruckner ook zeer evident was.
Chailly genoot zichtbaar van de verschillen in dynamiek die hij in dit werk van
de Oostenrijkse componist aanbracht. Een werk dat als geen ander in goede handen
is van het meest Oostenrijkse dat Oostenrijk heeft te bieden: de Wiener
Philharmoniker.
Moge de Wiener Philharmoniker nog veelvuldig Amsterdam
vereren met haar aanwezigheid!
De Wiener
Philharmoniker treedt onder leiding van Riccardo Chailly met een programma van
Sibelius en Bruckner van 13 tot en met 19 januari op in achtereenvolgens
Amsterdam, Geneve, Bazel, Keulen, Milaan en Parijs. Deze recensie is van het
concert in Amsterdam op 14 januari 2014.
Lees hier een eerdere recensie van een concert van 16 maart 2012 met het Vioolconcert van Sibelius met eveneens Leonidas Kavakos maar ditmaal met het Koninklijk Concertgebouworkest onder leiding van Valery Gergiev.
Reacties
Een reactie posten