De Nederlandse Reisopera
Orphée et Eurydice
(Christoph Willibald Gluck,
1714-1787)
Samuel Boden, Orphée
Kristina Bitenc, Eurydice
Hanna Herfurtner, L’Amour
Floris Visser (regie)
Dieuweke van Reij
(decor en kostuums)
Alex Brok (licht)
Consensus Vocalis
Roger Hamilton, HET
Symfonieorkest
Lucent Dans Theater,
Den Haag
De armlastige Nederlandse Reisopera zet met
een ingetogen en inventieve uitvoering een prachtige en ontroerende Orphée et Eurydice met de uitstekende
jonge Samuel Boden in de titelrol als één van de vele hoogtepunten.
Recent
heeft de Raad voor Cultuur het kabinet geadviseerd om meer subsidie te
verstrekken aan de Nederlandse Reisopera en dat andere reizende gezelschap
Opera Zuid. Komt de overheid niet over de brug dan rest volgens de Raad voor
Cultuur niets anders dan het fuseren van beide gezelschappen. Het Ring des Nibelungen-project van enkele
jaren geleden is voor de Nederlandse Reisopera geen optie meer, terwijl het ook
steeds lastiger lijkt om aandacht te generen voor de "reguliere" producties. Want ondanks
juichende kritieken was het Lucent Dans Theater weliswaar gezellig vol, maar
zeker niet overvol. Een gebrek aan marketingbudget lijkt hier toch debet aan. En
dat is jammer wat met Orphée et Eurydice heeft
de Nederlandse Reisopera een absolute voltreffer te pakken die het meer dan
verdient om door bomvolle zalen gezien te worden.
Ingetogen kracht
Enkele
jaren geleden was het culturele landschap nog behoorlijk anders, want zo konden
de Utrechtse Spelen in 2011 een spectaculaire Orfeo ed Euridice op de planken brengen. Deze spectaculaire
openluchtuitvoering van de Italiaanse versie van Gluck’s publiekslieveling vond
plaats in de tuin van Paleis Soestdijk en was een groot succes. Maar financieel
zonder meer niet. Bijna vier jaar later staat de cultuurwereld er anders voor.
De Nederlandse Reisopera heeft niet alleen gekozen voor de Franse versie die
Gluck twaalf jaar na de Italiaanse première schreef voor het Parijse publiek,
maar ook voor een (door beperkte middelen noodgedwongen) sobere enscenering.
Dit terwijl muzikaal gezien de Franse versie juist “luxer” is met onder andere het heerlijke Danse des Furies dat overigens in de Soestdijk-versie ook gezellig er in was gefietst. Maar wellicht
dat de gedwongen zuinigheid de creativiteit van de Nederlandse Reisopera
maximaal gestimuleerd heeft, want juist het kleinschalige karakter en de op het
eerste gezicht simpele enscenering geven deze versie een ingetogen kracht die
niet alleen het beste uit Gluck’s opera naar voren haalt, maar ook oprecht doet
ontroeren. En dat is bij het tragische liefdesverhaal (dat door Gluck van een happy end werd voorzien) bepaald niet
ongepast. De beperkingen die de Nederlandse Reisopera kent, geeft ook de ruimte
om een risico te nemen bij de casting. Voor de allesbepalende rol van Orphée –
die eigenlijk de gehele opera op het toneel staat en by far de grootste rol heeft – is gekozen voor de jonge Brit Samuel
Boden die met zijn breekbare doch bepaalde niet zwakke stem de sterren van de
hemel zingt. Tel daarbij de weltschmertz die
hij uitstraalt over de tragische dood van zijn geliefde Eurydice op en je hebt
een absolute winnaar te pakken. Een winst die je vanaf het eerste moment al
voorvoelt met de door HET Symfonieorkest energieke en uitstekende uitgevoerde
ouverture waarbij het kale woestijnlandschap de complete plaats van handeling
is. Een Grieks aandoend huwelijksgezelschap omringt de geliefden op hun
huwelijksdag. Nog voordat de ouverture voorbij is, sterft plotseling Eurydice.
Orphée is ontroostbaar en staat op het punt zich van zijn leven te benemen
wanneer de goddelijke L’Amour
ingrijpt en Orphée in de gelegenheid wil stellen om het Dodenrijk te betreden
en zijn geliefde terug te halen. Een reis die de opera voor de rest volledig
zal domineren.
Ontroerend
Juist
deze reis lijkt uitermate geschikt om in de enscenering flink uit te pakken. De
Reisopera kiest voor het handhaven van het woestijnlandschap met als centraal element het graf van Eurydice dat
tevens dienst doet als ingang tot het Dodenrijk. Door een inventief
lichtontwerp en het graf als permanente en herhalende doorgang te gebruiken
wordt een nachtmerrieachtig beeld gecreëerd. Een nachtmerrie waarbij Orphée
zijn spiegelbeelden tegen komt die hem proberen te beletten Eurydice te vinden.
Tegelijkertijd word het – uitstekende zingende – Consensus Vocalis ingezet om
zijn reis langs de vele gevaren vorm te geven. En juist door deze ingetogenheid
is de emotionele zeggingskracht van de muziek zoveel groter. Zo veel zelfs dat
je als publiek bijna tegen Orphée zou willen schreeuwen ‘Kijk niet om!’ wanneer
hij Eurydice meezeult uit het Dodenrijk maar is gewaarschuwd dat wanneer hij
haar aankijkt zij voorgoed tot het rijk der doden is verwezen. En aangezien
Eurydice niet begrijpt waarom haar geliefde haar niet wil aankijken, wordt
Orphée gedwongen haar toch aan te kijken… Gluck voorziet daarbij voor Amor de rol van deux et machina die alles alsnog voor de geliefden oplost. In deze enscenering is echter gekozen voor
een ambigu slot waarbij de conclusie gerechtvaardigd is dat de komst van Amor
slechts een droom is en Orphée zich in de dood bij Eurydice voegt.
De
Nederlandse Reisopera toont met Orphée et
Eurydice haar creatieve en artistieke kracht en mag aanspraak maken op uitpuilende zalen
door heel Nederland, want voor liefhebbers van opera in het algemeen en Gluck
in het bijzonder is dit niet te missen.
Oordeel FerdiBog: *****
Gluck’s ‘Orphée et
Eurydice’ wordt van 1 mei t/m 6 juni 2015 door het hele land uitgevoerd door de
Nederlandse Reisopera. Deze recensie is op basis van de uitvoering op 6 mei in
Den Haag. Klik hier voor meer informatie.
Reacties
Een reactie posten