Ruim 30 jaar geleden verscheen Pet Sematary van Stephen King. Geïnspireerd door zijn eigen leven centreert King zijn verhaal rondom een spookachtig begraafplaats voor huisdieren waardoor Dierendag voor de verhuisde familie Creed alle onschuld verloren heeft. Een terugblik op deze griezelklassieker.
Dat Stephen King (1947) de koning van griezelboeken is, zal voor weinigen als een verrassing komen. En hoewel zijn oeuvre inmiddels immens is (waarbij echte klassiekers afgewisseld worden met minder geslaagde pogingen), schrijft Stephen rustig door. Recent is Sleeping Beauties verschenen, het laatste deel van een trilogie over detective Bill Hodges. Maar boeken als It, The Stand, de Dark Tower-serie, The Shining, 11/22/63 en Salem’s Lot vormen toch wel de kern van zijn succes als schrijver en de reden waarom hij zoveel fans heeft. Een boek dat ook altijd deel uitmaakt van dit rijtje is Pet Sematary, in Nederland uitgegeven als Dodenwake. Met dit boek is wat bijzonders aan de hand, want niet alleen maakt King in het voorwoord de lezer deelgenoot van het feit dat de inspiratie voor dit verhaal zeer persoonlijk was, maar dat hij lange tijd het boek niet wilde publiceren vanwege het schokkende karakter. Pas bij het wisselen van uitgever werd dit boek gepubliceerd omdat King nog één boek moest aanleveren vanwege zijn aflopende contract. En zo werd Pet Sematary in 1983 alsnog gepubliceerd.
Laat de Indianen in godsnaam met rust…
En wie het boek eenmaal heeft gelezen, kan concluderen dat Pet Sematary zonder meer griezelig en schokkend is, maar dat evenzo een goed idee is geweest om het boek uit te brengen. Want Pet Sematary neemt de lezer meer naar het idyllisch gelegen plaatsje Ludlow in Maine, één van de Amerikaanse staten in het traditionele en door de koloniale geschiedenis beïnvloede New England. De familie Creed, bestaande uit Louis en Rachel en hun kinderen Ellie en Gage, strijken daar neer vanwege Louis’ baan als medicus bij de universiteit. Hun pittoreske huis is gelegen aan een drukke weg terwijl niet ver van hun achtertuin een mysterieus en goed bijgehouden pad loopt dat eindigt bij een begraafplaats voor huisdieren. Een recept voor ellende zoals later zal blijken. Dit alles komt nog helemaal overeen met het leven van King die in de jaren zeventig ging werken bij de Universiteit van Maine en samen met zijn familie verhuisde naar een gelijksoortig huis aan een evenzo drukke straat. En net als in Pet Sematary is nabij het huis een dierenbegraafplaats te vinden. In het fictieve universum van King heeft de dierenbegraafplaats bij de familie Creed een verband met de oorspronkelijke bewoners van Maine: de Indianen. Want in directe verbinding met de begraafplaats voor dieren staat een begraafplaats voor Indianen. En vaste prik in het griezelgenre is dat Indianenbegraafplaatsen altijd ellende betekenen en dat is in Pet Sematary niet anders.
“It’s alive!!”
Want in het kielzog van de familie Creed is daar Winston Churchill, althans de naar de grote staatsman vernoemde kat van de familie Creed die als koosnaam Church heeft. Deze kat, de liefde van dochtertje Ellie, zal (denk aan de drukke weg) de gang naar de dierenbegraafplaats maken. Ook Smucky, de kat van de familie King, is begraven op de dierenbegraafplaats en maakt een cameo in de fictieve universum van de familie Creed. Maar waar het voor Smucky einde verhaal is, begint het avontuur voor Church pas. Want tegenover de familie Creed – aan de andere kant van de weg - woont het oudere echtpaar Jud en Norma. Al vanaf de eerste dag ontstaat er een soort vaderlijke relatie tussen Jud en Louis. In die vertrouwelijkheid vertelt Jud over de geschiedenis van de dierenbegraafplaats, het effect van de Indianenbegraafplaats en daarmee de mogelijkheid om gesneuvelde dieren weer tot leven te wekken. Deze wetenschap zal Louis benutten om Church – tragisch om het leven gekomen tijdens de afwezigheid van de rest van de familie – weer tot leven te brengen zodat zijn dochtertje Ellie de pijn van het verlies van haar favoriete dier wordt bespaard. Deze op zich begrijpelijke actie leidt tot een kettingreactie met tragische gevolgen voor vrijwel alle betrokkenen wanneer een gruwelijk ongeluk binnen de familie Creed zich voltrekt. Een schaduw die bijna ook over de familie King had gehangen. Dan blijkt dat hoe graag je het ook zou willen de dood (helaas) onomkeerbaar is en dat je grootst wens opeens je ergste nachtmerrie kan betekenen.
Hoewel Pet Sematary al meer dan dertig jaar oud is, vertoont het verhaal geen tekenen van ouderdom. Niet alleen omdat het verhaal op zich griezelig is en blijft, maar ook omdat de tand des tijds weinig invloed heeft gehad. Want New England van toen kan nog steeds zo bestaan. Weliswaar zijn er in het verhaal geen smarthphones of sociale media te bekennen, maar ook niets waardoor het verhaal (hopeloos) ouderwets toont. Het is een fijne pageturner die intens macaber is en zonder twijfelt behoort tot de griezelklassiekers van Stephen King.
In 1983 verscheen ‘Pet Sematary’ van Stephen King. Een Nederlandse vertaling – onder de titel ‘Dodenwake’ – is verkrijgbaar en wordt uitgegeven door Luijtingh-Sijthoff. Deze recensie is eerder gepubliceerd bij online nieuwsmagazine Jalta.
Reacties
Een reactie posten