Ballet 17 september 2016: Het Nationale Ballet eert Toer van Schayk


Het Nationale Ballet
Hollandse Meesters

Toer van Schayk: Episodes van Fragmenten
Rudi van Dantzig: Vier Letzte Lieder
Hans van Manen: Adagio Hammerklavier
Toer van Schayk: Requiem

Solisten en ensemble van Het Nationale Ballet

Barbara Haveman, Machteld Baumans, Helena Rasker
Marcel Reijans, Frans Fiselier

Jeroen van der Wel (viool), Michael Mouratch (piano)
Olga Khoziainova (piano)

Toonkunstkoor Amsterdam
Matthew Rowe, Het Balletorkest
Nationale Opera & Ballet, Amsterdam

In de tachtigste verjaardag van choreograaf Toer van Schayk vindt het Nationale Ballet een welkome aanleiding om de oude meester te eren. Het prachtige maar zelden uitgevoerde Requiem is de spil van het programma Hollandse Meesters waar - naast nieuw werk van Van Schayk - ook klassiekers van Rudi van Dantzig en Hans van Manen de revue passeren. Maar de show wordt - terecht - gestolen door Van Schayk's fijnzinnige creaties. 

Eigenlijk is het een tikkeltje vreemd dat het feit dat op 28 september aanstaande Toer van Schayk tachtig jaar wordt, aanleiding is voor het Nationale Ballet om een programma grotendeels aan hem te wijden. Want een werk is goed of niet en daarom de reden om deze uit te voeren. En dat het werk van Van Schayk goed is, is boven elke twijfel verheven. Want als oud-danser, choreograaf, theaterontwerper en beeldend kunstenaar is Van Schayk al meer dan een halve eeuw aan het Nationale Ballet verbonden. Het feit dat hij al die talenten combineert, maakt dat hij een grote stempel heeft gedrukt en nog altijd drukt op het beste dansgezelschap van Nederland en één van de toonaangevende ensembles in de wereld. Een stempel dat zowel modern als klassiek is aangezien Van Schayk van alle markten thuis is. Van klassiekers zoals De Notenkraker en de Muizenkoning tot meer experimenteel werk waarbij zijn liefde voor de natuur en zijn afkeer voor oorlog, milieuvervuiling en dierenleed tot uiting komt. Zo is eigenlijk ieder seizoen wel een hommage aan Van Schayk en is daarom een dergelijk programma strikt genomen niet nodig. Maar voor iemand die zo lang is verbonden aan en zoveel betekend heeft voor het Nationale Ballet is het zonder twijfel een terecht eerbetoon. Niet zonder reden start Hollandse Meesters met het filmportret Toer van Schayk om de invloed van Van Schayk inzichtelijk te maken:


Zeldzaam mooi, zelden opgevoerd
Een dergelijk eerbetoon biedt in de regel de mogelijkheid om net dat stapje meer te zetten en daarmee die (financiële) ruimte te benutten om echt uit te pakken. En met het opnieuw opvoeren van Requiem (1990) wordt die ruimte volledig benut. Want hoewel Van Schayk's creatie naar de gelijknamige mis van Mozart een absoluut hoogtepunt in zijn oeuvre is, wordt het programma zelden uitgevoerd. Dat is overigens minder gek dan het lijkt aangezien voor deze uitvoeringen tientallen dansers, een orkest, vier solisten en een koor nodig zijn. Maar zodra zij allemaal bij elkaar komen, gebeurt er iets geweldigs. Een prachtig ballet dat volledig in overeenstemming is met een mis die - ondanks dat deze pas postuum is afgerond en niet geheel van de hand van Mozart is - als één van de hoogtepunten van de muzikale geschiedenis te boek staat. De unieke samensmelting van muziek en ballet hangt samen met Van Schayk zelf die muziek van alle kunsten als de grootste ziet. Zijn diepe respect vertaalt zich in adembenemende  choreografieën voor het volledige ensemble, terwijl hij ook ruimte schept voor intieme duetten waarbij een samenspel tussen twee ballerina's verder reliëf geeft.  Daarbij bewijst het Balletorkest - ondersteund door het Toonkunstkoor Amsterdam en vier solisten - eer aan de Dodenmis van Mozart. Bijzondere is dat dit programma ruim 50 minuten duurt en de volledige muziek van Mozart benut, maar in de beleving van het publiek voorbij vliegt. Zelfs zo dat Van Manen's choreografie Adagio Hammerklavier dat hieraan voorafgaat weliswaar slechts de helft van de tijd van Requiem in beslag neemt, maar wel langer lijkt te duren.

Meer dan één Hollandse Meester
Want dat is misschien ook meteen het gekke aan dit eerbetoon. Naast werken van Van Schayk, komen ook choreografieën van Rudi van Dantzig en Hans van Manen aan bod. Dat is minder vreemd dan het lijkt aangezien Van Schayk veel met beide heren heeft gewerkt, waarbij de samenwerking met Van Dantzig heel invloedrijk geweest. En natuurlijk hebben we met deze drie heren ook daadwerkelijk de klassieke top van de Nederlandse danswereld te pakken en is daarom de titel Hollandse Meesters meer dan treffend. Hoewel in alle eerlijkheid het programma ook had kunnen volstaan zonder Van Manen's bijdrage. Adagio Hammerklavier is een prachtige hommage aan de vertraging, geïnspireerd door de langzame interpretatie van het adagio uit Beethoven's Pianosonate Nr. 29 door Christoph Eschenbach, maar in dit programma komt dit werk - hoe goed ook - het minst tot recht. Dat geldt niet voor Rudi van Dantzig's Vier Lette Lieder. Ook hier staat een postuum werk van een grote componist centraal. Ditmaal de laatste liederen van de hand van Richard Strauss die onder de noemer Vier Letzte Lieder zijn samengebracht. Net als Van Schayk weet Van Dantzig de muziek perfect tot uiting te brengen in de choreografie. Een choreografie waar een Engels des Doods verlossing in plaats van dreiging brengt voor een viertal duo's. Ook hier is muzikaal uitgepakt met begeleiding door Het Balletorkest onder de immer goede leiding van Matthew Rowe met ditmaal als toevoeging de soliste Barbara Haveman die de liederen de juist mate van pathos meegeeft. Al moet wel in alle eerlijkheid gezegd worden dat de omvang van Het Balletorkest - met wat kleine balansproblemen - weliswaar een prachtige begeleiding vormt, maar als stand alone-uitvoering zou het wat te wensen overlaten. Mede omdat de ongekende muzikale weelde als summum van een lang en groots muzikaal leven niet altijd volledig uit de verf komt. 

Oud, maar ook nieuw
Een programma als deze is niet af zonder nieuw werk. En gelukkig is Toer van Schayk nog altijd actief en is een nieuwe choreografie van zijn hand niet alleen onderdeel van het programma, maar vormt het ook de aftrap. Episodes van Fragmenten gebaseerd op Eugène Ysaÿe's Extase voor viool en piano is wederom een toonbeeld van het belang dat Van Schayk hecht aan muziek. Hoewel strikt genomen het een pas de deux betreft zijn violist Jeroen van der Wel en pianist Michael Mouratch evenzo onderdeel van de choreografie. Zelfs zo dat wanneer de muziek daartoe aanleiding geeft de aandacht naar hen uitgaat in plaats van de dansers. Hiermee ontstaat een zeer intieme choreografie die eens te meer aantoont dat Van Schayk een multitalent is die zowel het moderne als het klassieke tot in zijn vingertoppen beheerst. Lang moge hij leven!


Ter ere van de tachtigste verjaardag van Toer van Schayk voert Het Nationale Ballet 'Hollandse Meesters' op. Een programma in het teken van werk van Van Schayk (waaronder een nieuw werk) en klassiekers van Rudi van Dantzig en Hans van Manen. 'Hollandse Meesters'  is van 14 t/m 25 september 2016 te zien bij Nationale Opera & Ballet te Amsterdam.  Deze recensie is op basis van de uitvoering op 17 september. 

Reacties