De eerste en tot nu laatste keer dat ik een boek van Albert Camus las, was (zoals zovelen) op de middelbare school voor Frans: 'La Chute' (De Val). Van dat boek kan ik me weinig herinneren behalve dat ik het gelezen heb, dus enige indruk heeft het wel op gemaakt in de lawine van boeken die ik toen las aangezien ik alle talen in mijn eindexamenpakket had. 'De Vreemdeling' kreeg ik voor mijn afstuderen en heeft dus 6 jaar ongelezen in de boekenkast gestaan. Nu is het er dan toch van gekomen en een helemaal soepele bevalling, ondanks dat het boek 'slechts' 125 pagina's telt, was het niet.
'De Vreemdeling' handelt, vanuit het ik-perspectief, over Meursault die woont in de toen nog Franse kolonie Algerije. Het boek begint met de mededeling dat zijn moeder is overleden. Een moeder die al een tijd in een gesticht verblijft omdat Meursault niet meer de mogelijkheid en de financiële middelen had om verder voor haar te zorgen. Hij woont nog steeds in hun gezamenlijke appartement en maakt voor het laatst de reis naar het gesticht om daar afscheid te nemen. Een afscheid waarbij Meursault onbewogen is wat leidt tot bevreemdende reacties van de mensen werkzaam en betrokken bij het gesticht. Na het afscheid van zijn moeder krijgt hij een relatie met Marie en raakt hij bevriend met buurman Raymond. Geen hele frisse vent. In de prachtige vertaling is hij een 'souteneur' wat we nu gewoon een pooier noemen. Raymond heeft ruzie met zijn vriendin en overtuigt Meursault om voor hem een brief te schrijven om haar langs te laten komen. Dit gebeurt maar leidt tot fysiek geweld tussen Raymond en zijn vriendin waarop de politie moet ingrijpen. Door een voor Raymond gunstige getuigenverklaring van Meursault ontloopt hij een aanklacht. Daarmee zijn de problemen voor Raymond echter niet voorbij: de broer van zijn vriendin zint op wraak waardoor Raymond continu op zijn hoede is. Dit leidt tot de climax van het boek waar Raymond, Meursault en Marie naar het strand gaan en waar ze oog in oog komen met de bewuste broer. Dit leidt tot een schermutseling en iedereen gaat weer op zijn weg. Meursault, in het bezit van het pistool van Raymond, besluit door het warme weer weer terug te gaan naar de plek van de schermutseling omdat daar een koeltebron is, maar komt daar wederom de broer tegen die een mes trekt, maar kansloos is tegen het pistool van Meursault. Vanaf dat moment vindt het boek plaats in de gevangenis en rechtszaal. Uiteindelijk wordt Meursault veroordeeld voor de moord, maar impliciet ook voor de ongevoelige wijze waarop hij afscheid van zijn moeder nam. Na een tirade gericht aan de aalmoezenier die hem bijstaat voorafgaand aan zijn onthoofding eindigt het boek.
Zoals aangegeven vond ik het lezen van het boek geen soepele bevalling. Dat heeft vooral te maken met het gegeven dat het handelen van Meursault voor zijn omgeving bevreemdend werkt. Dat kom je ook tegen in de schrijfstijl: continu voel je je als lezer los staan van het verhaal. Titel ('De Vreemdeling') en doel (de bevreemding van een wereld die geen rede of doel heeft) worden zo erg goed door Camus, winnaar van de Nobelprijs voor de Literatuur, overgebracht. Hoog tijd om 'De Val' te herlezen en de Camus-klassieker 'De Pest' voor het eerst open te slaan om te bezien of deze bevreemding wordt doorgezet.
Reacties
Een reactie posten