Robeco SummerNights 2017
Berwald: Ouverture Estrella de Soria
Brahms: Vioolconcert
Schubert: Symfonie Nr. 8 Unvollendete (bew. Mario Venzago)
Arabella Steinbacher (viool)
Kevin John Edusei, Münchner Symphoniker
Concertgebouw, Amsterdam
Na het geslaagde debuut vorig jaar is de Münchner Symphoniker onder leiding van Kevin John Edusei ook dit jaar weer van de partij bij de Robeco SummerNights. Een heerlijk Romantisch programma met muziek van Berwald, Brahms en Schubert vormt het uitgangspunt voor een geslaagd concert. Een concert met een novum: de voltooide "Onvoltooide" van Schubert.
De Robeco SummerNights in het Amsterdamse Concertgebouw zijn al sinds jaar en dag vast prik voor muziekliefhebbers die in de concertluwe zomermaanden aan hun trekken willen komen. Met een toegankelijk programma van klassieke muziek, maar ook jazz en pop weet het Concertgebouw in de maanden juli en augustus veelal volle zalen te trekken. Hoewel de programmering niet bepaald avontuurlijk is, biedt de serie wel de mogelijkheid om ensembles en orkesten te horen die normaliter niet snel het Concertgebouw aan doen. Een mooi voorbeeld hiervan is de Münchner Symhponiker. Eén van de vier (!) orkesten die de stad München rijk is. Onder leiding van de energieke en jonge Kevin John Edusei (1976) timmert dit in het klassieke Romantische repertoire gespecialiseerde orkest aan de weg. Weliswaar in de schaduw van met name het Symphonieorchester des Bayerischen Rundfunks onder leiding van Mariss Jansons en de Münchner Philharmoniker waar Valeri Gergiev de scepter zwaait. Het vierde orkest in het drukke muzikale leven van München is het orkest van de Bayerischen Staatsoper. Vorig jaar maakte het in 1945 opgerichte Münchner Symphoniker een mooi debuut met een ouverture van Verdi, Tsjaikovski's Vioolconcert en de Italiaanse symfonie van Mendelssohn. Hoewel het vioolspel van Simone Lamsma wat tegenviel, was het zonder meer een meer dan goede avond. De formule van een ouverture, vioolconcert en symfonie is ook dit jaar weer ter hand genomen, maar ditmaal een ouverture van de relatief onbekende Zweedse componist Franz Berwald, het Vioolconcert van Johannes Brahms en de 'Onvoltooide' van Franz Schubert. Hoewel de bijnaam van die laatste niet klopt aangezien Edusei naar Amsterdam is getogen met de voltooide versie van de Achtste Symfonie. Een voltooide 'Onvoltooide' dus.
De immer elegante Arabella Steinbacher
Niet alleen een partituur met twee extra delen Schubert kwamen met Edusei mee naar Amsterdam, ook de relatief onbekende Zweedse componist Franz Berwald (1796-1868) had een plekje in zijn bagage verworven. Althans de ouverture van zijn liefdesopera Estrella de Soria die een heerlijke energieke start van het zomerconcert betekende. Maar naast deze twee partituren had Edusei ook violiste Arabelle Steinbacher mee. Steinbacher is een graag geziene gast bij de Robeco SummerNights waar zij in 2015 nog een elegante en technisch zeer begaafde vertolking ten gehore bracht van het Vioolconcert van Tsjaikovski. Een geliefd vioolconcert dat tot de absolute top hoort in het genre van het Romantische vioolconcert. Een top die verder bestaat uit de vioolconcerten van Beethoven, Mendelssohn en Sibelius. En natuurlijk het vioolconcert van Johannes Brahms (1833-1897) dat opgedragen is aan de violist Joseph Joachim en overeenkomsten heeft met het vioolconcert van Beethoven. Met name in het uitgebreide eerste deel waar een lange en heerlijke orkestrale introductie de weg plaveit voor prachtig vioolspel. Een vioolspel dat aan Steinbacher wel toevertrouwd is. Dezelfde elegantie en technische bekwaamheid die haar twee jaar geleden kenmerkte, was ook nu weer volop aanwezig. Het samenspel met de Münchner Symphoniker - op een wat hobbelige herintroductie van het orkest na haar solo aan het einde van het eerste deel na - was zonder meer goed en was niet in de laatste plaats te danken aan de heldere en levendige dirigeerstijl van Edusei. Een samenspel dat zich ook liet gelden in lyrische tweede en Hongaars aandoende derde deel. Het publiek lustte er wel pap van en beloonde - nogal hinderlijk - ieder deel van het vioolconcert met een applaus.
Gebrek aan mysterie en majesteit
Ook na de pauze zette deze trend zich voort en mocht ieder deel van de Achtste Symfonie van Franz Schubert (1797-1828) zich "verheugen" op applaus van in ieder geval een deel van het publiek. Normaal zou dit overigens minder erg zijn aangezien de 'Onvoltooide' niet voor niets zo heet en slechts twee delen telt. Edusei heeft echter gekozen voor een versie van de symfonie die door Mario Venzago is gecompleteerd en daarom het reguliere aantal van vier delen kent. Bijzonder aangezien het nooit helemaal duidelijk is geworden waarom de symfonie slechts twee delen telt. Was Schubert tevreden met de twee delen, was zijn inspiratie op of zijn de laatste twee delen verloren gegaan? We zullen het nooit weten. Wat wel bekend is, is dat een schets van een Scherzo door Schubert is nagelaten, maar dat van een vierde deel geen noot is teruggevonden. Dit heeft de Zwitserse dirigent Mario Venzago niet weerhouden om de 'Onvoltooide' te voltooien. Bekend geworden van zijn nieuwe kijk op en intrigerende uitvoeringen van de symfonieën van Bruckner heeft hij Schubert's meesterwerk voltooid door vooral te putten uit Schuberts toneelmuziek bij Rosamunde die rond dezelfde tijd tot stand kwam. Deze twee nieuwe delen zijn onmiskenbaar Schubertiaans en heerlijk om naar te luisteren. Maar ondanks dat het prachtige en mysterieuze beginthema een rentree maakt in het laatste deel, was wel heel duidelijk te horen dat de toneelmuziek van Rosamunde het mysterie en het majesteitelijke mist van de twee eerste delen. Het komt daarom - althans voor deze luisteraar - niet helemaal samen, hoewel het niet bepaald een straf is om dubbel zoveel Schubert in een programma te hebben. Aan de uitvoering lag het overigens ook niet. Edusei en zijn Münchner musici kwijten zich uitstekend van hun taak. Wel opvallend was dat het tempo van de symfonie - althans de alom bekende eerste twee delen - sneller dan gebruikelijk was. Niet per se vervelend, maar soms niet altijd passend. Misschien lag de tempokeuze ook wel besloten in het feit dat de symfonie door de Venzago-toevoegingen bijna twee keer zo lang is geworden en dat daarom een sneller tempo door Edusei noodzakelijk wordt geacht om de spanning erin te houden. Hoe het ook zij: het was misschien niet het meest geslaagde experiment, maar dat mocht de pret allerminst drukken en dit concert - net als het debuut vorig jaar - blijft een warme aanbeveling voor de Münchner Symphoniker voor een terugkeer volgend jaar. En Edusei bevestigt - na het debuut vorig jaar, maar ook een zeer geslaagde concertante uitvoering van de opera Nixon in China van John Adams afgelopen februari in het Concertgebouw - een dirigent te zijn die het volgen waard is.
Lees hier de recensie van het debuut van de Münchner Symphoniker bij de Robeco SummerNights in 2016.
In juli en augustus vinden in het kader van de Robeco SummerNights een reeks zomerconcerten plaats. Na een (geslaagd) debuut vorig jaar maakte het Münchner Symphoniker op 6 augustus haar rentree bij de Robeco SummerNights. Meer info over en kaarten bestellen voor de Robeco SummerNights hier.
De Robeco SummerNights in het Amsterdamse Concertgebouw zijn al sinds jaar en dag vast prik voor muziekliefhebbers die in de concertluwe zomermaanden aan hun trekken willen komen. Met een toegankelijk programma van klassieke muziek, maar ook jazz en pop weet het Concertgebouw in de maanden juli en augustus veelal volle zalen te trekken. Hoewel de programmering niet bepaald avontuurlijk is, biedt de serie wel de mogelijkheid om ensembles en orkesten te horen die normaliter niet snel het Concertgebouw aan doen. Een mooi voorbeeld hiervan is de Münchner Symhponiker. Eén van de vier (!) orkesten die de stad München rijk is. Onder leiding van de energieke en jonge Kevin John Edusei (1976) timmert dit in het klassieke Romantische repertoire gespecialiseerde orkest aan de weg. Weliswaar in de schaduw van met name het Symphonieorchester des Bayerischen Rundfunks onder leiding van Mariss Jansons en de Münchner Philharmoniker waar Valeri Gergiev de scepter zwaait. Het vierde orkest in het drukke muzikale leven van München is het orkest van de Bayerischen Staatsoper. Vorig jaar maakte het in 1945 opgerichte Münchner Symphoniker een mooi debuut met een ouverture van Verdi, Tsjaikovski's Vioolconcert en de Italiaanse symfonie van Mendelssohn. Hoewel het vioolspel van Simone Lamsma wat tegenviel, was het zonder meer een meer dan goede avond. De formule van een ouverture, vioolconcert en symfonie is ook dit jaar weer ter hand genomen, maar ditmaal een ouverture van de relatief onbekende Zweedse componist Franz Berwald, het Vioolconcert van Johannes Brahms en de 'Onvoltooide' van Franz Schubert. Hoewel de bijnaam van die laatste niet klopt aangezien Edusei naar Amsterdam is getogen met de voltooide versie van de Achtste Symfonie. Een voltooide 'Onvoltooide' dus.
De immer elegante Arabella Steinbacher
Niet alleen een partituur met twee extra delen Schubert kwamen met Edusei mee naar Amsterdam, ook de relatief onbekende Zweedse componist Franz Berwald (1796-1868) had een plekje in zijn bagage verworven. Althans de ouverture van zijn liefdesopera Estrella de Soria die een heerlijke energieke start van het zomerconcert betekende. Maar naast deze twee partituren had Edusei ook violiste Arabelle Steinbacher mee. Steinbacher is een graag geziene gast bij de Robeco SummerNights waar zij in 2015 nog een elegante en technisch zeer begaafde vertolking ten gehore bracht van het Vioolconcert van Tsjaikovski. Een geliefd vioolconcert dat tot de absolute top hoort in het genre van het Romantische vioolconcert. Een top die verder bestaat uit de vioolconcerten van Beethoven, Mendelssohn en Sibelius. En natuurlijk het vioolconcert van Johannes Brahms (1833-1897) dat opgedragen is aan de violist Joseph Joachim en overeenkomsten heeft met het vioolconcert van Beethoven. Met name in het uitgebreide eerste deel waar een lange en heerlijke orkestrale introductie de weg plaveit voor prachtig vioolspel. Een vioolspel dat aan Steinbacher wel toevertrouwd is. Dezelfde elegantie en technische bekwaamheid die haar twee jaar geleden kenmerkte, was ook nu weer volop aanwezig. Het samenspel met de Münchner Symphoniker - op een wat hobbelige herintroductie van het orkest na haar solo aan het einde van het eerste deel na - was zonder meer goed en was niet in de laatste plaats te danken aan de heldere en levendige dirigeerstijl van Edusei. Een samenspel dat zich ook liet gelden in lyrische tweede en Hongaars aandoende derde deel. Het publiek lustte er wel pap van en beloonde - nogal hinderlijk - ieder deel van het vioolconcert met een applaus.
Gebrek aan mysterie en majesteit
Ook na de pauze zette deze trend zich voort en mocht ieder deel van de Achtste Symfonie van Franz Schubert (1797-1828) zich "verheugen" op applaus van in ieder geval een deel van het publiek. Normaal zou dit overigens minder erg zijn aangezien de 'Onvoltooide' niet voor niets zo heet en slechts twee delen telt. Edusei heeft echter gekozen voor een versie van de symfonie die door Mario Venzago is gecompleteerd en daarom het reguliere aantal van vier delen kent. Bijzonder aangezien het nooit helemaal duidelijk is geworden waarom de symfonie slechts twee delen telt. Was Schubert tevreden met de twee delen, was zijn inspiratie op of zijn de laatste twee delen verloren gegaan? We zullen het nooit weten. Wat wel bekend is, is dat een schets van een Scherzo door Schubert is nagelaten, maar dat van een vierde deel geen noot is teruggevonden. Dit heeft de Zwitserse dirigent Mario Venzago niet weerhouden om de 'Onvoltooide' te voltooien. Bekend geworden van zijn nieuwe kijk op en intrigerende uitvoeringen van de symfonieën van Bruckner heeft hij Schubert's meesterwerk voltooid door vooral te putten uit Schuberts toneelmuziek bij Rosamunde die rond dezelfde tijd tot stand kwam. Deze twee nieuwe delen zijn onmiskenbaar Schubertiaans en heerlijk om naar te luisteren. Maar ondanks dat het prachtige en mysterieuze beginthema een rentree maakt in het laatste deel, was wel heel duidelijk te horen dat de toneelmuziek van Rosamunde het mysterie en het majesteitelijke mist van de twee eerste delen. Het komt daarom - althans voor deze luisteraar - niet helemaal samen, hoewel het niet bepaald een straf is om dubbel zoveel Schubert in een programma te hebben. Aan de uitvoering lag het overigens ook niet. Edusei en zijn Münchner musici kwijten zich uitstekend van hun taak. Wel opvallend was dat het tempo van de symfonie - althans de alom bekende eerste twee delen - sneller dan gebruikelijk was. Niet per se vervelend, maar soms niet altijd passend. Misschien lag de tempokeuze ook wel besloten in het feit dat de symfonie door de Venzago-toevoegingen bijna twee keer zo lang is geworden en dat daarom een sneller tempo door Edusei noodzakelijk wordt geacht om de spanning erin te houden. Hoe het ook zij: het was misschien niet het meest geslaagde experiment, maar dat mocht de pret allerminst drukken en dit concert - net als het debuut vorig jaar - blijft een warme aanbeveling voor de Münchner Symphoniker voor een terugkeer volgend jaar. En Edusei bevestigt - na het debuut vorig jaar, maar ook een zeer geslaagde concertante uitvoering van de opera Nixon in China van John Adams afgelopen februari in het Concertgebouw - een dirigent te zijn die het volgen waard is.
Lees hier de recensie van het debuut van de Münchner Symphoniker bij de Robeco SummerNights in 2016.
In juli en augustus vinden in het kader van de Robeco SummerNights een reeks zomerconcerten plaats. Na een (geslaagd) debuut vorig jaar maakte het Münchner Symphoniker op 6 augustus haar rentree bij de Robeco SummerNights. Meer info over en kaarten bestellen voor de Robeco SummerNights hier.
Reacties
Een reactie posten