Concert 7 november 2013: Van Zweden stoft Beethoven af en zindert in Bruckner

© JaapvanZweden.com / Bert Hulselmans 

Beethoven: Symfonie Nr. 5
Bruckner: Symfonie Nr. 4

Jaap van Zweden, Rotterdams Philharmonisch Orkest
De Doelen, Rotterdam 

Jaap van Zweden laat het Rotterdams Philharmonisch Orkest en dan met name de uitstekende hoornisten schitteren in Beethovens overbekende Vijfde Symfonie en de 'Romantische' Vierde Symfonie van Bruckner.

De eerste maten van de Vijfde Symfonie van Ludwig van Beethoven (1770-1827) zijn misschien wel de bekendste noten in de geschiedenis van de muziek: ‘Pà-pà-pà-páá’. Alsof het Lot zelf klopt op de deur. Gevaar van zo’n overbekend stuk is dat het heel moeilijk is om het nog fris en fruitig te laten klinken, waardoor de creatie van Beethoven slachtoffer is van het overduidelijke muzikale succes.

Afgestoft
Gisteravond liet Jaap van Zweden met het Rotterdams Philharmonisch Orkest (RPhO) horen dat één van de fundamenten van de Westerse muziekgeschiedenis nog steeds als nieuw kan klinken en je op het puntje van je stoel laat zitten. Want wat een heerlijke uitvoering viel het publiek van De Doelen ten deel. Van Zweden liep bij de uitvoering niet in de val door unverfroren te kiezen tussen de authentieke (lees: snelle tempi, klein orkest, originele instrumenten, transparantie) en romantische (lees: brede tempi, uitgebreid orkest, moderne instrumenten, lekker breed) uitvoeringspraktijk. Hij koos – gelijk de recente opnames van Chailly met het Gewandhausorchester en Haitink met de London Symphony Orchestra – voor een uitstekende middenweg waarbij met name in het eerste en laatste deel hij een flink tempo (lees: urgentie) inzette met grote dynamiek. Daarentegen was het tweede deel, het Andante Moderato, heerlijk lyrisch en legde hij met een op punten muisstil Scherzo de basis om in de finale flink uit te pakken. Opvallend was de grote rol die Van Zweden toedichtte aan de hoornisten die werkelijk de avond van hun leven speelden. Enige aanmerking is dat het tempo in het laatste deel dermate hoog was dat het een enkel moment in het orkest schuurde, maar de spanningsbeleving van het publiek nam hierdoor alleen maar toe.

Bruckner op jacht
Ook na de pauze was een hoofdrol weggelegd voor de uitmuntende Rotterdamse hoornisten waarbij met name eerste hoornist Martin van de Merwe de show stal. Juist voor hoornisten is de Vierde Symfonie van Anton Bruckner (1824-1896) een feestje gezien de dominante rol van dit nobele instrument. Bij het horen van deze symfonie gaan de gedachten altijd uit naar de jacht, waan je je te paard nabij een Engels landhuis in gezelschap van een Lord en zijn jachthonden en lijkt de bijnaam van deze symfonie - ‘De Romantische’ - bizar. Inmiddels is duidelijk dat Bruckner hiermee de romantiek van de natuur en haar indrukwekkende schoonheid bedoelt en wie dat eenmaal weet zal in Bruckner’s magnifieke Vierde weidse vergezichten zien die samenkomen in de grandeur van de natuur.

Van Zwedens stevige interpretatie liet grote verschillen bestaan in de dynamiek van de vier delen waarbij de hoornisten telkens terecht de hoofdrol opeisten. Gelijk Beethovens Vijfde zorgde dit voor een uitgekiende spanning die in de hele zaal (op een paar hoestende stoflongen na, je zit toch dichtbij de haven) voelbaar was. Van Zweden speelde ook hier met de tempi en benadrukte de zachte delen en pakte uit bij de (tussentijdse) finales. Ook hier viel op dat het gekozen tempo, met name in het derde deel, het Scherzo & Trio, tot wat ongemak in het orkest leidde. Even leken de hoornisten en de overige koperblazers niet meer compleet synchroon te lopen, maar Van Zweden kon dit nog prima herstellen. Sowieso was het de avond van Van Zweden waarvan niemand kan stellen dat zijn mimiek en (soms een tikkeltje overdreven) aanwijzingen onduidelijk zijn.

Zonder twijfel hebben het publiek van De Doelen en het Rotterdams Philharmonisch Orkest gisteravond Jaap van Zweden in hun armen gesloten. Zowel voor de pauze als daarna viel Van Zweden een terechte staande ovatie ten deel. De gebruikelijke bos bloemen (kan iemand de achtergrond van deze toch ietwat vreemde traditie toelichten?) gaf Van Zweden zeer terecht aan hoornist Martin van de Merwe, want stiekem was zo niet hij dan wel zijn instrument de echte ster van de avond!

Jaap van Zweden is op 7, 9 en 10 november 2013 te gast bij het Rotterdams Philharmonisch Orkest en dirigeert de Vijfde Symfonie van Beethoven en de Vierde Symfonie van Bruckner. Op 7 en 10 november in de Doelen te Rotterdam en op 9 november in de Dr. Anton Philipszaal te Den Haag. Kaarten bestellen voor de uitvoering op 9 november kan hier en voor 10 november (matinee!) kan hier.

Deze recensie is ook gepubliceerd op Het Goede Levenhet culturele katern van De Dagelijkse Standaard.  Naast mijn eigen FerdiBlog recenseer ik regelmatig o.a. boeken en concerten op Het Goede Leven en geef ik mijn opinie over actuele cultuurpolitiek.

Reacties