De laatste Romeinse keizer. 'Julian' van Gore Vidal



Ruim vijftig jaar geleden schreef Gore Vidal zijn roman over Julianus. Het kortstondige, glorieuze en tegendraadse leven van de laatste heidense Romeinse keizer inspireerde Vidal tot wellicht zijn beste roman die - gelijk Julianus - nog altijd tot de verbeelding spreekt. 

Het leven van Romeinse keizers ging lang niet altijd over rozen. Niet voor niets koos Fik Meijer voor zijn biografie van alle Romeinse keizers uit 2001 de veelzeggende titel Keizers sterven niet in bed. Met name in periodes van grote instabiliteit volgden de keizers elkaar in rap tempo op en kwamen maar weinigen tot een zachtzinnig levenseinde. In de regel is daarbij de duur van het keizerschap illustratief voor de impact van de betreffende keizers. Een uitzondering op hierop vormt de regeerperiode van Julianus (331-363) die slechts een kleine twintig maanden keizer was en de geschiedenis is ingegaan als Julianus Apostata: de Afvallige. Zijn oom Constantijn de Grote richtte het zwaartepunt van het Romeinse Rijk op het oosten door de nieuwe keizerlijke hoofdstad Constantinopel. Tegelijkertijd gaf hij het Christendom een bevoorrechte positie. Een ongekende omwenteling aangezien het Christendom lange tijd als schadelijke sekte werd gezien en menig keizer - denk aan Nero en Diocletianus - zich tegoed deed aan vervolging van Christenen. De lijn van Constantijn zou worden doorgezet door zijn drie zoons waarvan uiteindelijk Constantius overbleef als alleenheerser. Zijn neef en opvolger Julianus moest niets van het Christendom hebben en was trouw gebleven aan de oude goden die zolang de Romeinse Republiek en daarna het Romeinse Rijk domineerden. Zijn keizerschap stond daarom grotendeels in het teken van het terugdraaien van de bevoorrechte positie van het Christendom en de terugkeer naar het Hellenisme. Tegelijkertijd wilde Julianus de dominantie ten opzichte van het Perzische Rijk opnieuw veiligstellen met een grootse veldtocht in het hart van het rijk van Shapur II. Hoewel relatief succesvol overleefde Julianus de strijd niet en kwam zijn keizerschap voortijdig tot een einde. En daarmee tegelijkertijd de laatste opleving van het Hellenisme en de definitieve overwinning van het Christendom. Een nieuw tijdperk zou aanbreken. Een tijdperk waar geen plaats meer was voor het klassieke Romeinse Rijk dat in het Westen spoedig in elkaar zou storten om als het Byzantijnse Rijk voort te leven in het Oosten.

Julianus als inspirator 
Het kortstondige leven en keizerschap van Julianus heeft vele schrijvers geïnspireerd. Gore Vidal (1925-2012) was hier de meest prominente van. Zijn roman Julian verscheen in 1964 en was zowel bij publiek als critici een groot succes. Hoewel het boek inmiddels meer dan een halve eeuw oud is, is het opvallend hoe tijdloos deze roman is. Niet alleen vanwege het prachtige taalgebruik, maar ook de vertelvorm waar de memoires van Julianus worden afgewisseld door observaties van twee van zijn  (niet-fictieve) adviseurs: Priscus en Libanius. Het is een boek dat nimmer verveelt en daarmee ideaal is om eens in de zoveel tijd te herlezen. In vijfhonderd pagina's schetst Vidal op overtuigende en veelal op feiten gebaseerde leven van Julianus. Een leven dat voor het grootste deel gebukt gaat  onder de levensbedreigende schaduw van keizer Constantius die bijna vijfentwintig jaar de keizerlijke troon bezet houdt en een relatief stabiel bestuur voert. Om zover te komen dienden wel een aantal troonpretendenten inclusief zijn eigen twee broers het leven te laten. Julianus en zijn oudere broer Gallus zijn op een gegeven moment de laatste nazaten van Constantius en daarmee de Constantijnse dynastie. En daarom dus in permanent levensgevaar aangezien zij makkelijk tot symbool konden uitgroeien en alternatief voor Constantius. De Tetrarchie ingesteld door Diocletianus - de enige keizer die vrijwillig afstand deed van de troon - was onder Constantijn in onbruik geraakt en ook Constantius was er geen fan van aangezien het benoemen van nog een aantal "vice" Keizers ("Caesar") juist een basis verschafte voor opstand. Toch benoemde hij als Augustus de broer van Julianus tot Caesar. Deze eer zou ook Julianus uiteindelijk te beurt vallen, maar in tegenstelling tot zijn broer zou het niet tot zijn dood leiden. Op het nippertje overigens aangezien een beslissend treffen tussen het leger van de in Gallië zeer succesvolle Julianus en de strijdmacht van Constantius die op het punt stond een (regelmatige) veldtocht tegen het Perzische Rijk te starten uiteindelijk nooit plaats zou vinden. De goden bleken Julianus goedgezind te zijn aangezien Constantius door ziekte plotseling overleed en daarmee het gehele Romeinse Rijk toebehoorde aan Julianus. 

Een onconventionele held
Vidal vertelt op meesterlijke wijze de levensgeschiedenis van Julianus. Een levensgeschiedenis die start als een - bij vlagen hilarische - briefwisseling tussen Julianus' vertrouwelingen Priscus en Libanius die na diens dood de memoires bij elkaar brengen als basis voor een biografie. In het grootste deel van het boek is daarom Julianus zelf aan het woord, maar zodra hij de laatste en voor hem fatale veldtocht onderneemt naar Perzië worden zijn memoires wat schetsmatiger en neemt de rol van Priscus toe. Deze verhaalvorm werkt ontzettend goed en is één van de succesfactoren waarom Julian een literaire klassieker is. Een klassieker die daarmee ook de naam van multitalent Gore Vidal als schrijver vestigde en het tevens de moeite waard maakt dat zijn naam ook in de toekomst bekend blijft. Niet in de laatste plaats omdat Vidal zich - gezien zijn eigen tegendraadse levensloop - duidelijk spiegelt aan Julianus die boven alles voor hem een held is die op onconventionele wijze zich tegen de stroom in beweegt. Zijn pogingen om de oude goden te herstellen en het Christendom tegen te werken, hadden succesvol kunnen zijn wanneer hij net als zijn voorgangers Constantius en Constantijn een lange regeerperiode was gegund. Een speer in een chaotische strijdtafereel maakte een einde aan het leven van Julianus en daarmee de Perzische veldtocht die zonder meer de nodige successen betekende. 

Het einde van het Romeinse Rijk
Er zijn nog altijd vraagtekens wie de fatale speer gooide: een Perzische strijder of juist een Romein die daarmee het Christendom veilig stelde. Want dat blijft toch een interessante vraag: hoe had onze wereld eruit gezien wanneer Julianus was geslaagd in zijn voornemen het Hellenisme in de voormalige glorie te herstellen? We zullen het nooit weten. Duidelijk is wel dat Julianus de laatste echte Romeinse keizer is geweest. Het Romeinse Rijk zou in het Westen nog ruim een eeuw voortduren en zeker nog enkele competente keizers kennen, maar het oude Rome dat Julianus als geen ander belichaamde was ten dode opgeschreven. Onder zijn kortstondige opvolger Jovianus werd een beschamend verdrag met Shapur II gesloten en het Christendom hersteld. Onder diens opvolger Valentinianus - die net als zijn broer Valens een mooie cameo heeft in Julian - zou het Romeinse Rijk stabiliteit hervinden, maar tegelijkertijd werd ook de kiem gelegd voor de latere ondergang. Want zijn  broer en co-Augustus Valens en een Romeins leger van 60.000 eenheden zou smadelijk ten onder gaan tegen de Visigoten tijdens de Slag bij Ardrianopel in 378. Valens kwam net als 40.000 van zijn troepen om. Zijn lichaam zou zelfs nooit gevonden worden. Het bleek het begin van het einde. Althans het einde van het West-Romeinse Rijk. In het Oosten zou het Romeinse Rijk nog tot 1453 voortduren als het Byzantijnse Rijk met hoofdstad Constantinopel. Dat Nieuwe Rome was echter een compleet ander Rijk op de leest van het Christendom en een verering van de keizer (en dito ceremonieel) die al voor Julianus was begonnen en geweldig omschreven wordt door Vidal. 

Voor allen die maar enigszins geïnteresseerd zijn in de geschiedenis van het Romeinse Rijk en de bijzondere episode die het keizerschap van Julianus inhoudt, maar vooral houdt van een geweldige roman is bij Julian van Gore Vidal aan het juiste adres. 

'Julian' van Gore Vidal is in 1964 voor het eerste verschenen. Een Nederlandse vertaling met de titel 'Julianus de afvallige' is in 1983 verschenen. Jan van Aken liet zich gelijk Gore Vidal ook door Julianus inspireren voor zijn roman 'De Afvallige' (2013). Lees de recensie van 'De Afvallige' hier

Reacties