Het betere knip- en plakwerk maakt Mozart's 'La Clemenza di Tito' tot een niet te missen ervaring


De Nationale Opera
La Clemenza di Tito
(Wolfgang Amadeus Mozart, 1756-1791)

Russel Thomas, Tito Vespasiano
Ekaterina Scherbachenko, Vitellia
Paula Murrihy, Sesto
Willard White, Publio
Janai Brugger, Servillia
Jeanine de Bique, Annio

Peter Sellars (regie), George Tsypin (decor)
Robby Duiveman (kostuums), James F. Ingalss (licht)

Teodor Currentzis (ziek), musicAeterna
Nationale Opera & Ballet, Amsterdam

Zelden weken enscenering en uitvoering van een opera zo af van de bedoelingen van de componist. In de regel een veeg teken, zeker wanneer naar hartenlust is geschrapt in de muziek en selectief gewinkeld is in de rest van het oeuvre. Mozart zelf zou La Clemenza di Tito van Teodor Currentzis en Peter Sellars niet herkennen, maar - gelijk het publiek - de nieuwe DNO-productie omarmen. Daar doet zelfs een door ziekte verhinderde Currentzis niets aan af. 

Midden in de eerste akte van de nieuwe DNO-productie van La Clemenza di Tito klinkt daar opeens het Hosanna uit Mozart's Mis in c. Alsof het nooit anders was en integraal deel uitmaakt van Mozart's laatste opera. En daar blijft het niet bij. Naast het Hosanna klinkt uit de Mis in c ook het Kyrie en komt Adagio en fuga in c-klein eveneens gezellig voorbij. Een opera die normaliter afrondt met een van een aanslag herstellende keizer Tito (Titus), eindigt door de creativiteit van Sellars en Currentzis met diens dood. Een afloop die niet past bij de oorspronkelijk optimistische muziek. Geen nood: aan de opera wordt een nieuw muzikaal einde toegevoegd. Met de Maurerische Trauermusik krijgt La Clemenza di Tito het statige en droevige einde dat de heren voor ogen hebben. Dit alles in een hypermodern en spaarzaam decor dat politiek engagement uitschreeuwt en nadrukkelijk de relatie legt met onze tijd. Een enscenering waarbij het koor van musicAeterna met verve de rol van het volk op zich neemt en op enkele cruciale momenten het toneel verlaat en de enscenering - letterlijk - tot in het publiek brengt. Deze coproductie van De Nationale Opera, Salzburger Festspiele en Deutsche Oper Berlin neemt grote risico's. Niet in de laatste plaats door zo indringend in te grijpen in een muzikaal werk waardoor de vraag gerechtvaardigd is of hier feitelijk niet sprake is van een nieuw werk. Maar als er voor een productie ooit het adagium 'no guts, no glory' gold dan is het wel deze fantastische, contemplatieve en inventieve hertaling. Een hertaling waarvan de originele opera zeker niet als Mozart's beste de geschiedenisboeken is ingegaan. 

Selectief shoppen in het oeuvre van Mozart
Op 30 september 1791, enkele maanden voor de tragische vroege dood van het muzikale genie Wolfgang Amadeus Mozart (1756-1791), ging voor het laatst een opera van zijn hand in première: Die Zauberflöte. Maar deze KV620 was niet zijn laatst gecompleteerde opera. Deze eer valt ten deel aan La Clemenza di Tito die weliswaar ruim drie weken voor Die Zauberflöte in première ging, maar als KV621 waarlijk zijn laatste opera was. Een opera die nogal gehaast tot stand kwam en een opdrachtwerk betrof ter gelegenheid van de kroning van keizer Leopold II tot koning van Bohemen. De recitatieven waren van de hand van Franz Xaver Sussmayr, leerling van Mozart en minnaar van diens vrouw Konstanze. Dezelfde Sussmayr die na Mozart's dood zijn Requiem completeerde. Een completering waar we hem nog altijd dankbaar voor mogen zijn omdat het dit prachtige werk aan de vergetelheid heeft ontfutselt. Maar dat betekent niet dat de leerling ook maar enigszins in de buurt komt van het muzikale genie van zijn meester. Een waarneming die ook geldt voor La Clemenza di Tito. Voor Sellars en Currentzis vormt dit de rechtvaardiging om flink te snijden in Mozart's laatste opera en het werk te verrijken met grotendeels contemplatieve geestelijke muziek van de hand van de meester. Een aanpak die muzikaal bijzonder goed uitpakt en verder versterkt wordt door eveneens een draai te geven aan de eervolle doch niet bepaald historisch correcte Romeinse keizer Titus (Tito Vespasiano). De genadigheid van Tito die gewond raakt bij een aanslag op het Capitool was voor Mozart een mooie aanleiding om keizer Leopold in het zonnetje te zetten, maar het doet weinig voor de dramatiek van deze opera. De ensceneringen van Peter Sellars staan bekend om het (politieke) engagement en de koppeling met de huidige tijd. Ook hier laat Sellars dit engagement zien en maakt van Tito een martelaar van het goede. Deze aanpak werkt buitengewoon goed en geeft - in deze tijden van terrorisme en vluchtelingenproblematiek - urgentie aan deze productie. 

Een vervelend bericht
In alles is duidelijk dat Sellars en Currentzis gelijk denken over deze opera en dit vertaald hebben naar een productie die het zien meer dan waard is. Het bericht - persoonlijk afgeleverd door DNO-intendant Pierre Audi - dat dirigent Teodor Currentzis door ziekte was verhinderd voor deze matineevoorstelling sloeg daarom in als een bom. Zijn vervanger -  wiens naam niet goed te horen was, maar het aangenomen mag worden de assistent c.q. repetitor van Currentzis betrof - bleek gelukkig alles in huis te hebben om het koor en orkest van musicAeterna trefzeker en met overtuiging te voeren door de creatie van Mozart, Sellars en Currentzis. Geen gemakkelijke opgave aangezien de verfrissende blik van het ensemble gericht op de historische geïnformeerde uitvoeringspraktijk veel vraagt van de dirigent. Currentzis liet dit vorige maand al zien in het Concertgebouw met een energie uitgevoerd programma met orkestrale werken van Mozart en Beethoven. De recente recensies van La Clemenza di Tito naar aanleiding van de eerste uitvoeringen onder leiding van Currentzis gaven hoog op van de muzikale kwaliteit. Een kwaliteit die er blijkbaar ook bij afwezigheid van Currentzis goed inzit, maar zeker ook naar buiten kwam door de capabele vervanger. Dit alles ondersteund door een prachtig team van solisten variërend van het kenmerkende zware stemgeluid van veteraan Willard White (Publius) tot de drie vrouwelijke solisten die allen uitmuntend waren en een overtuigende Tito van Russell Thomas. Gek genoeg zat de zaal - althans tijdens deze uitvoering - lang niet vol. Een groot gemis aangezien deze productie het absoluut waard is om te zien en te horen. Een opera die alle conventies over het schadelijke effect van 'modernisering' en muzikale aanpassing in de wind slaat en omzet in een ware zegetocht. 


Van 7 t/m 24 mei 2018 voert De Nationale Opera 'La Clemenza di Tito' van Mozart uit. Deze recensie is op basis van de uitvoering op 13 mei. Meer informatie en kaarten bestellen hier

Reacties